Tentoonstelling "La Flottille Princière du Château de Chantilly

Dankzij de archieven in het Musée Condé kunnen we de aanleg van het Canal Grande, de secundaire kanalen en de bevaarbare zones die zijn ontworpen door André Le Nôtre volgen. Zonder hen zou er in Chantilly geen verfijnde flottielje voor plezier en vermaak zijn gebouwd. Vanaf de jaren 1670 koloniseerden galjoenen, roeiboten, fregatten, gondels en kleurrijke pirogues de wateren van Chantilly voor het vermaak van de Condés en hun gasten. Het Cabinet des Livres in het Musée Condé presenteert een overvloedige collectie archieven, plattegronden, boeken en gravures die een beeld geven van dit nautische leven.

De tentoonstelling besteedt bijzondere aandacht aan de soorten boten, hun herkomst, constructie en structurele aspecten. Ze toont ook hun betrokkenheid bij het succes van de weelderige festiviteiten van de Condés in Chantilly. Deze boten vormden namelijk het hart van grandioze spektakels, waarbij dag en nacht betoverende nautische voorstellingen muziek combineerden met een overvloed aan pyrotechnische middelen die de boten, de oevers van de kanalen en de bloemperken van Le Nôtre in brand staken. De meest bescheiden boten ondersteunden de versieringen en het vuurwerk, terwijl de meest prestigieuze paradeerden of meededen aan nautische gevechten die voor het plezier van het publiek werden georkestreerd, zoals dat van koning Lodewijk XV.

Net als de vloot van Lodewijk XIV in Versailles had de koninklijke vloot van Chantilly geen experimentele roeping, noch op wetenschappelijk, noch op militair gebied. Het Canal Grande van Chantilly is in geen geval een laboratorium voor marineprojecten. Het enige doel van de vloot was vermaak en plezier bieden aan de prinsen.

Het aantal leden was in feite vrij bescheiden en het type boten dat werd gebruikt veranderde weinig in de loop der tijd. Wel vonden er nautische uitwisselingen plaats tussen Chantilly en Versailles: Lodewijk XIV gaf luxueuze boten aan de Condés, die op hun beurt correspondeerden met leden van het flottielje van Versailles en dat van het koninkrijk. De prestigieuze beeldhouwer Caffieri werkte aan de versiering van zowel de schepen van de koning als die van sommige vorsten van de Condé.

De tentoonstelling kijkt ook naar de flottielje na 1789 en tijdens de jaren 1840, en eindigt met een jachtsmaak gedistilleerd door Henri d'Orléans (1822-1897), hertog van Aumale, de laatste privé-eigenaar van het landgoed.